Bijna een derde meer verzuim dan voor corona

Bijna een derde meer verzuim dan voor corona

Het aantal dagen dat mensen niet komen opdagen op hun werk is tot nu toe dit jaar ruim 30 procent hoger dan vóór corona. De grootste oorzaak van deze stijging is dat mensen langer ziek thuiszitten, meldt arbodienstverlener Arbo Unie na onderzoek.

Volgens de organisatie was de verzuimduur in 2019 tussen de vier tot acht dagen. Nu ligt dat vijf tot zeven dagen hoger.

Thuisblijven bij verkoudheid

Dat mensen langer thuisblijven bij ziekte valt vooral te verklaren door corona. Bij een coronabesmetting moeten mensen nog steeds in quarantaine. "Sinds corona is het eigenlijk not done om verkouden op je werk verschijnen. Als je veel moet hoesten of snotteren, kijken mensen je toch raar aan", zegt Corné Roelen, bedrijfsarts bij Arbo Unie en hoogleraar bedrijfsgeneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Maar ook het personeelstekort speelt een rol. "Door de krapte op de arbeidsmarkt is de werkdruk de laatste maanden toegenomen. Mensen kunnen er tegenop zien om in een hectische werksetting waar collega’s druk zijn weer te gaan werken en blijven langer thuis", aldus Roelen.

CBS: hoogste verzuimpercentage ooit

Ook het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) houdt het verzuim in Nederland bij. Zij zagen het ziekteverzuim onder werknemers van bedrijven en overheid in het eerste kwartaal van 2022 stijgen tot 6,3 procent, het hoogste percentage dat het CBS ooit heeft gemeten. Het betekent dat van de duizend te werken dagen 63 werden verzuimd wegens ziekte. In dezelfde periode van 2021 was het verzuim 4,8 procent.

Verzuim schoonmaak hoger dan gemiddeld

In de schoonmaakbranche lag het ziekteverzuim in het eerste kwartaal van 2022 op 8,5 procent. In dezelfde periode een jaar eerder was dat 6,7 procent. In het eerste kwartaal van 2019, dus vóór de coronacrisis, was het ziekteverzuim in de schoonmaak 6,6 procent.

Wanneer we teruggaan in de tijd, zien we dat het verzuim in de schoonmaak de afgelopen jaren eigenlijk altijd flink hoger (tussen 1 en 2 procent) ligt dan het landelijk gemiddelde.

Bron: ANP & CBS