Vakbonden willen komend jaar een loonsverhoging van zeker 8 procent

Vakbonden willen komend jaar een loonsverhoging van zeker 8 procent

Ook het komende jaar zijn forse loonsverhogingen nodig om het verlies aan koopkracht te herstellen. Dat stellen vakbonden FNV en CNV. Leden van de FNV hebben de traditionele looneis een dag voor Prinsjesdag vastgesteld op 5 tot 14 procent. Vorig jaar was die nog ruim 14 procent. CNV zet eerder al in op een looneis tussen de 4 en 10 procent. Werkgevers zijn blij dat de eisen per sector verschillen.

De inflatie is al flink gedaald en dat zet zich naar verwachting door, maar volgens FNV moet het verlies aan koopkracht nog worden gerepareerd, zo meldt het ANP. Daarom wil de vakbond ook het komende jaar nog forse loonsverhogingen zien. Vakbond CNV kwam vorige week al met zijn looneis, die tussen de 4 en 10 procent ligt. Ook wil de bod dat werknemers aandeelhouder kunnen worden van het bedrijf waar ze in dienst zijn. Dat laatste moet ervoor zorgen dat werknemers meeprofiteren als bedrijven hun winsten flink opvoeren.

Verschil per sector

Hoe hoog de loonsverhogingen moeten worden, verschilt per sector, geven beide bonden aan. Werkgevers zijn blij dat deze eisen zullen verschillen. VNO-NCW en MKB-Nederland laten weten: "We moeten blijven waken voor een haasje over van lonen en prijzen waarmee we de (kern)inflatie alleen maar aanjagen en mensen uiteindelijk alleen maar duurder uit zijn."

Werkgevers die vorig jaar al meegingen in de forse eisen van de bonden, kunnen het komende jaar rekenen op een mildere opstelling, beloven de bonden. Op 1 april 2023 zijn de basisuurlonen volgens de cao Schoonmaak met 2,75 procent verhoogd. Bovendien worden per 1 november 2023 de basisuurlonen verhoogd met 3,5 procent.

De lonen zijn weer op peil gebracht als de lonen in 2024 gemiddeld zo’n 8 procent stijgen, vergelijkbaar met wat dit jaar al is afgedwongen, aldus FNV-vicevoorzitter Zakaria Boufangacha. "We zeiden vorig jaar al dat het een strijd van de lange adem zou worden en dat is ook wel gebleken. De rekening is in twee stappen op tafel gekomen." Vooral voor bouwmedewerkers en personeel in de metaalindustrie gaat de FNV nog voor loonsverhogingen van boven de 10 procent. Zij hebben tot nu toe niet veel gekregen om hun koopkrachtverlies op te vangen. In deze sectoren is het risico op stakingen het komende jaar dan ook het grootst.

Minimumloon omhoog

Verder wil de FNV dat het minimumloon "snel" stijgt naar 16 euro per uur. De politiek zou dat via de wet moeten regelen. De FNV wil daar aan de cao-tafels al zelf op inzetten. Verschillende politieke partijen hebben al aangekondigd een hoger minimumloon te willen invoeren. Boufangacha zegt dan ook "hoopvol" te zijn dat de laagste inkomens snel op een verbetering kunnen rekenen. CNV wil in aanstaande cao-gesprekken ook werk maken van kortere werkweken, wat voor een betere balans tussen werk en privé moet zorgen. De bond denkt hierbij aan een standaard werkweek van 30 uur. Ook zou ouderschapsverlof en rouwverlof volledig moeten worden doorbetaald.