Wie maakt plaats waar iemand die vermoord is schoon?

Wie maakt plaats waar iemand die vermoord is schoon?

In meerdere media ontstaat discussie over de vraag wie de plaats schoonmaakt waar iemand is vermoord. Dat naar aanleiding van de moord op Shelley Bosch. Toen de recherche het appartement in Ede had vrijgegeven trof haar moeder Mariët Bosch een bloedbad aan.

Het schoonmaken van de plek van het misdrijf in een woning is de verantwoordelijkheid van de familie. "Als wij op een plaats delict klaar zijn, proberen we altijd het zo schoon mogelijk achter te laten", zegt een rechercheur tegen het AD. "Maar soms is het niet te doen een plaats delict citroentjesfris achter te laten. We adviseren altijd om eventuele gespecialiseerde schoonmakers in te schakelen. En bij complexe zaken waarschuwen we die, in overleg met de familie, soms zelf.”

Lees ook: ‘Crime scene cleaning doe je niet voor de sensatie’

Het gaat geregeld mis

Maar volgens Slachtofferhulp Nederland gaat het geregeld mis en krijgen nabestaanden een met bloed besmeurd huis terug. Heel af en toe doet de politie het zelf, vertelt Roy Heerkens, woordvoerder van Slachtofferhulp Nederland. "Maar dat verschilt per regio. Vroeger was dit de verantwoordelijkheid van de politie, maar door bezuinigingen is dit niet langer het geval.” Bij de politie moet daar meer aandacht voor komen, stelt Heerkens. Slachtofferhulp pleit voor landelijk beleid. "Met ongeveer 700 euro per plaats delict aan schoonmaakkosten kun je een hele hoop leed voorkomen."

Lees ook: Hoe maak je een plek van overlijden schoon?

Geen route om te bewandelen

Ook Tuğrul Çirakoğlu maakt zich hier hard voor. Met zijn bedrijf Frisse Kater wordt hij ingezet voor de schoonmaak van extreem vervuilde huizen en bedrijfsruimtes, bijvoorbeeld na geweldsincidenten en moorden. Hij zegt tegen RTL Nieuws: "Ik merk dat er eigenlijk voor nabestaanden geen route is om te bewandelen. Dat heb ik zelf ook meermaals proberen aan te kaarten bij instanties."

Onofficieel doorverwijzen

"In sommige gevallen zijn er agenten die na het politieonderzoek onofficieel doorverwijzen naar mijn bedrijf. Sommige nabestaanden komen er via het internet of hebben er van anderen over gehoord. Maar het komt ook voor dat mensen – omdat ze het niet weten of niet kunnen betalen – zelf aan de slag gaan. Ik ben weleens huilend opgebeld door een nabestaande die zei: ik wist niet dat jullie bestonden, ik heb het zelf opgeruimd. En die daardoor een enorm traumatische ervaring heeft gehad."