OSB-congres: Schoonmaakondernemers hekelen regeldruk vanuit Den Haag 

OSB-congres: Schoonmaakondernemers hekelen regeldruk vanuit Den Haag 

De Ondernemersorganisatie Schoonmaak- en Bedrijfsdiensten (OSB) is de regeldruk vanuit Den Haag zat. Voorzitter Piet Adema tijdens het congres van OSB donderdag in Kamerik: "In Den Haag loopt het vast."   Specialiseren of verbreden?Drie nieuwe bestuursledenVolg Service Management op LinkedIn:

Spreekstalmeester Anouschka Laheij wilde weten hoe het zat met de regeldruk en ondernemerschap. “Wil het nog een beetje als kleine ondernemer?” Een van de aanwezigen in de zaal kreeg de lachers op zijn hand. “Mijn moeder zegt dat mijn kop dikker wordt, dus zal het nog wel gaan.” Dan serieus: “De regering maakt ons het wel steeds lastiger om te ondernemen.” En dat  bleek meteen ook de rode draad door het congres.

Het loopt vast

Ook Adema vond dat er wel wat aan de regeldruk gedaan mag worden. “Voor elke regel die in Den Haag wordt afgeschaft, komen er twee bij. In Den Haag loopt het vast. De systemen lopen vast, waardoor het vertrouwen van de maatschappij in de politiek vermindert. Het mooie is dat je in de maatschappij zelf wel initiatieven ziet ontstaan. Zie bijvoorbeeld de participatiewet. Gemeenten kunnen niet leveren, maar wij als schoonmaaksector doen het gewoon. We zijn als sector volop bezig met integratieontwikkeling en het leren van Nederlands. We hebben daarin zelfs 8,5 miljoen geïnvesteerd, zonder overheid.”

Ruimte nodig om te kunnen blijven bewegen

De balans is zoek in Den Haag, stelde Adema die overigens ook voorzitter is van Christenunie. “Er komt te veel regelgeving. Ondernemers hebben de ruimte nodig om te kunnen blijven bewegen.” Als voorbeeld noemde de voorzitter het ziekteverzuim. “Daar wordt een enorme verantwoordelijkheid gelegd bij de werkgever. Ook in de Wet Arbeidsmarkt in Balans zitten zaken die ons raken.”

Iedereen wil iets van zichzelf terugzien

Hij kreeg bijval van Jacco Vonhof, eigenaar van Novon Schoonmaak, maar tegenwoordig vooral voorzitter van MKB Nederland. “Den Haag is maar met één ding druk en dat is met Den Haag zelf. Maar dat hebben we ook aan onszelf te danken. We hebben deze mensen bij elkaar gekozen. Doordat we vier partijen nu hebben, kunnen we niet voor- of achteruit. Je hebt bij de volgende verkiezingen kans dat het zelfs vijf partijen worden. Die versnippering zorgt ervoor dat iedereen iets van zichzelf wil terugzien, waardoor er meer regels komen. Daardoor is het antwoord op complexiteit nog meer complexiteit. Dat zie je op diverse terreinen terug. Van defensie tot aan de pensioenen.”

De WAB is wappie

Ook Vonhof noemde de WAB. “Als de WAB het afgelopen jaar al was ingegaan en ik had gewoon gedraaid zoals ik heb gedraaid, dan had de WAB me een half miljoen euro gekost. Nu vinden we het komend jaar wel weer een weg, maar als ondernemers willen we eenvoud. Maar we  gaan het wel weer oplossen. Het grootste probleem van de WAB zit in de administratieve lasten, niet zozeer in de dienstverbanden. Want we kunnen een brief met een kostenverhoging de deur uit doen. Ik heb althans de brief met een verhoging van 4,9 procent al verstuurd. Het is de workload. Je wordt er knettergek van. De WAB is in die zin wappie.”

Failliet van de arbeidsmarkt

De MKB-voorzitter ziet sowieso de arbeidsmarkt veranderen. “De platformeconomie met exponenten zoals Uber en Helpling brengt arbeid en opdrachten bij elkaar, waarbij het zomaar kan zijn dat op een gegeven moment onze rol als schoonmaakondernemer is uitgespeeld. Dan kun je als Wouter Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, wel een minimumtarief van 16 euro afspreken voor zelfstandigen. Maar dat dekt nog lang niet pensioen, vrije tijd en arbeidsongeschiktheid. Daarvoor heb je een minimum van 20 euro nodig. De mensen op dat platform gaan met u en ik concurreren. Wat dat betreft vind ik dit het failliet van de arbeidsmarkt.”

Oproep tot nieuwe allianties

Vonhof riep op tot nieuwe allianties. “Als Den Haag niet levert, moet het uit een andere hoek komen. We moeten zelf aan het roer gaan staan. Wij kunnen dat. Tachtig procent van de ondernemersagenda die we als MKB Nederland hebben geformuleerd kunnen we zelf. Voor die twintig procent hebben we alleen nodig dat de overheid een stopbord weghaalt. En soms mogen we daarbij best wat burgerlijk ongehoorzaam zijn.”

BV blijft door schoonmaak draaien

Adema gaf het belang van de schoonmaaksector aan. “Als wij de boel niet schoonmaken, heeft Nederland een probleem. De BV blijft draaien door ons. Schoonmakers doen gouden werk en dat werk mag gezien worden. Ik vind wel dat we zelfbewuster mogen zijn. We applaudisseren met de handen in onze zakken. Wees dus trots op je werk. Vertel wat je doet op netwerkbijeenkomsten en op verjaardagen.” Dat was Vonhof het met hem eens. “Als sector blinken we uit in onzichtbaarheid. Het probleem is niet dat we een slecht imago hebben, het probleem is dat we geen imago hebben. Want goede schoonmaak wordt niet beleefd. Daarover komen bij ons op kantoor geen belletjes binnen. Wel, bij wijze van spreken, over de prullenbakken die niet zijn geleegd.”

Vraag medewerkers naar hun droom

Voor de nodige inspiratie traden ondernemer Arko van Brakel en hockeycoach Marc Lammers aan. Van Brakel deed vooral een beroep op ondernemers om zelfsturing toe te passen. “Vraag medewerkers naar hun droom en wat jij als ondernemer kunt doen om die droom te verwezenlijken. Maar kijk ook naar de gezamenlijke droom van jouw onderneming. Aan welke droom kunnen medewerkers zich verbinden?” Hij vond juist dat ondernemers niet te veel naar de regeldruk vanuit Den Haag moesten kijken. “Je hebt het niet in de hand. Focus je op wat je wel in de hand hebt.” Volgens hem is de gemiddelde leeftijd van medewerkers in Nederland 51 jaar. “We krijgen steeds oudere medewerkers in dienst, die minder fit zijn. En dus moet je als ondernemers nadenken over wat je kunt aanbieden aan vitaliteit, ergonomie en het faciliteren van mensen.”

Zoek het in stappen in het proces

Ook hockeycoach Marc Lammers zag het belang van het formuleren van een groter doel. Zoals het behalen van een gouden medaille in Peking in 2008 met het dameshockeyelftal. “Maar om er te komen moet je het wel zoeken in het proces. Dus in kleine stappen die je brengen naar het grote doel. Dat heet innoveren.” Een voorbeeld van zo’n innovatie vond Lammers in ijskoude badjes waarin de hockeydames moesten plaatsnemen. “Daardoor herstelden ze beter. Voor het doorvoeren van dat soort innovaties moet je door weerstand heen. Winnen we met dat soort badjes een gouden plak, vroegen de dames me. Weerstand is er om te overwinnen. Mij geloofden ze niet, maar de best practice van Anky van Grunsven wel. Die gebruikte ijsvesten om haar paarden sneller te laten herstellen en kon de winst aantonen aan de hand van statistieken.”

Verstand met haast

Kijk naar kansen en mogelijkheden in plaats van bedreigingen en onmogelijkheden, stelde Lammers. “Daar is intuïtie voor nodig. Dat is verstand met haast.” Het verschil met een bedrijf of een team maken staat volgens Lammers synoniem aan het betrekken van medewerkers bij de koers van het bedrijf. “Hoe zorgen we dat we beter zijn dan de concurrent? Focus je daarbij niet op je zwakke punten. Probeer van een zes geen acht te maken. Dan verspil je nodeloos energie. Neem je sterke punten onder de loep. Hoe maak je van een acht een tien?” De eindconclusie volgens Lammers? “Winnaars hebben een plan. Verliezers altijd een excuus.”