Voorkom fouten nu het 'vloeronderhoudseizoen' is losgebarsten

De schoolvakanties staan voor de deur en dat betekent dat het seizoen van vloeronderhoud er weer aan komt. En dan is het alle hens aan dek, want binnen enkele maanden moeten onder meer de vloeren van duizenden scholen in heel Nederland weer blinkend schoon. De druk is groot en de kans op fouten neemt dan ook zienderogen toe. Hoe voorkom je vervelende situaties?

Zelden maakt een onderwerp in de schoonmaak zo de tongen los als vloeronderhoud. Bij Service Management kwamen vorig jaar bijvoorbeeld vele reacties binnen na een verhaal op onze website over het geknoei in vloeronderhoud. “Het is belangrijk om vloeronderhoud over te laten aan specialisten. Door hun opleiding en ervaring gaan ze je uiteindelijk veel (herstel)geld besparen. En ze houden de vloeren in optimale conditie”, zegt Fons Buis.

Ramon Soeltaansingh sluit zich hierbij aan. “Het is onbegrijpelijk dat bedrijven nog steeds niet naar behoren investeren in het opleiden of laten opleiden van medewerkers, in dit geval het opleiden tot vloeronderhoudspecialist.” Het probleem is volgens Hans Dortangs dat schoonmaken tegenwoordig niets meer mag kosten. “In heel veel nieuwe gebouwen worden er zogenaamde onderhoudsvrije vloeren gelegd. Er wordt geen rekening gehouden met het soort meubilair dat erop komt. Sprayen en opwrijven is niet meer van deze tijd wordt er beweerd, om van goed in de was zetten nog maar niet te spreken. Dit hoeft niet meer, want de beschermlaag van de nieuwe vloer gaat jaren mee. Is de vloer dan eenmaal naar de filistijnen, dan wordt er naar de schoonmaker gewezen. Die heeft in veel gevallen al vele keren zijn leidinggevende verteld waarom deze vloer niet schoon te krijgen en te houden is.”

Er staat druk op de uitvoering van vloeronderhoud

Vloeronderhoud houdt de gemoederen bezig. Dat mogen we constateren. Dat is logisch, want er staat nogal wat druk op. Alle scholen willen in hetzelfde tijdsbestek alle vloeren gedaan hebben, waardoor er druk ontstaat op de uitvoeringsplanning. Dat leidt tot enorme pieken, waardoor de foutkans toeneemt. Daarbij komt dat er in scholen geen omstandigheden zoals in het laboratorium zijn. Hoge temperaturen of relatieve vochtigheid zijn van grote invloed op de voortgang van de werkzaamheden en op het eindresultaat. Wat eigenlijk zou moeten, is spreiding van het vloeronderhoud over het hele jaar heen. Maar vaker onderhoud is een lastige boodschap. Menig facilitair budget staat onder druk. Daardoor is er eerder minder dan meer tijd voor vloeronderhoud. Bij bijvoorbeeld strippen en polymeren moeten de stappen in de juiste volgorde en in voldoende tijd worden uitgevoerd. Maar bij de gegeven tijd wringt het nogal eens. Die tijd is vaak niet toereikend, waardoor er bewust of onbewust fouten ontstaan.

Schoonmakers kunnen polymeer ook te dik aanbrengen

Daar zijn talloze voorbeelden van. Schoonmakers brengen bijvoorbeeld een nieuwe harde laag polymeer op een oude waslaag aan, waardoor er een zachte ondergrond ontstaat. De nieuwe polymeer hecht dan niet, waardoor deze wordt losgelopen. Als de oude vloer niet naar een neutraal niveau is teruggebracht, hecht het polymeer niet. Daardoor verpoedert de beschermlaag. Schoonmakers kunnen polymeer ook te dik aanbrengen, waardoor deze wel droogt aan de oppervlakte, maar niet uithardt. Daardoor ontstaan kraters in de beschermlaag en dat bemoeilijkt het stofwissen naderhand. De stripper te lang laten inwerken op de vloer, zorgt eveneens voor problemen. Als je een stripmiddel te lang laat inwerken, kan de vloer blijvend worden beschadigd. Daar blijf je altijd plekken van zien. Daarnaast kiezen opdrachtgevers steeds vaker voor topcoaten dan voor recoaten. Topcoaten bestaat uit het schrobben van de toplaag vloer met een neutrale reiniger om vervolgens twee lagen polymeer weer aan te brengen. Bij recoaten verwijder je alle bestaande lagen om weer twee waslagen aan te brengen. Recoaten, het helemaal weghalen van alle waslagen, is vanwege de toenemende wasopbouw duurder. Opdrachtgevers stapelen vaak laag op laag en dan heb je chemie nodig om door die laag heen te komen.

Vloeronderhoud begint bij kennis over de ondergrond

Problemen genoeg, maar wat zijn de oplossingen? Specialisten in vloeronderhoud hameren erop vakvolwassen te worden. Dat begint bij kennis over de ondergrond zelf. Producenten werken immers hun vloeren af met een toplaag. Weet welke laag dat is en sluit daar op aan met een middel. Waarvan ‘houdt’ de vloer die je moet behandelen? Welke polymeer zit erop? Kan ik hier zomaar alles op aanbrengen of reageert de vloer negatief? Opdrachtgevers zouden daarnaast ook vloeronderhoud als apart specialisme moeten zien. Het is veelal deel van een complete schoonmaakaanbesteding en dat doet het specialisme geen goed. Apart in de markt zetten zoals de Rijksschoonmaakorganisatie en de Rijksuniversiteit Groningen hebben gedaan, is dan ook geen overbodige luxe. Het doet recht aan het specialisme. Want vloeronderhoud vraagt om veel, heel veel vakkennis. Het vraagt ook om kennis te hebben over waar het fout kan gaan. Specialisten kunnen ook, bijvoorbeeld op testvlakken, experimenteren met nieuwe methodes. Bijvoorbeeld met diamantpads, vloercoatings van polyurethaan of I-Wax.

Wat is linoleum?
Linoleum is een materiaal dat gemaakt is van geoxideerde lijnolie, harsen, kalksteenpoeder, kleurstoffen, kurk en/of houtmeel. Het materiaal heeft meestal een jute rug en wordt aan het eind van het productieproces verzegeld en afgewerkt met polymeer.

Het seizoen van vloeronderhoud van talloze klaslokalen in een zeer beperkte tijd, komt er weer aan. Wie zich goed wil voorbereiden, duikt samen met een vloerenspecialist vroegtijdig de diepte in. Vloeronderhoud vraagt nu eenmaal veel gespecialiseerde vakkennis. Het is de kunst die vakkennis volop in te zetten om fouten te voorkomen.

Lees ook
Opleiding vloeronderhoud, tool voor het slot op de achterdeur
Vloeronderhoud te lang ondergeschoven kindje