Schoonmaakploeg in ziekenhuis vier keer zo groot: 'Zelfde werk, ander beestje'

Schoonmaakploeg in ziekenhuis vier keer zo groot: 'Zelfde werk, ander beestje'

Wel eens met een dweil de muren schoongemaakt? Het is dagelijkse kost voor de schoonmakers die de coronakamers in het Elisabeth-Tweesteden Ziekenhuis (ETZ) in Tilburg poetsen. En dat is best spannend. 'Ik sla nog elke keer een kruisje voor ik binnenga'.Volg Service Management op LinkedIn:

Verslaggever Merel van Beers doet deze weken voor het Brabants Dagblad verslag vanuit het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis in Tilburg. Een uniek kijkje achter de schermen dat laat zien hoe corona de zorg veranderd heeft.

“Ben je al klaar?”, Sharita Ramcharan (50) staat net vijf minuten de kamer op de Spoedeisende Hulp te poetsen als de eerste verpleegkundige de druk al wat opvoert. Ramcharan is het wel gewend. “Ik heb schoongemaakt met wachtende patiënten op de gang.” Maar de Tilburgse laat zich niet opjagen. Ze kent de gevaren. “Als ik het niet goed doe, kan het de volgende patiënt of verpleegkundigen een besmetting opleveren. Dat wil ik écht niet op m’n geweten hebben.”

>> Lees ook: Healthcare Cleaning Forum: meet kwaliteit van cruciale hygiëne in zorg

Van boven naar beneden

Dus poetst ze door. Snel en efficiënt. In haar hoofd gaat ze alles af wat ze leerde tijdens de extra training. Van boven naar beneden, van schoon naar vuil. Beginnen bij de muren, eindigen met de vloer. Ze heeft het warm. Poetsen in deze beschermende kleding blijft een uitdaging. Op de deur hing de isolatiekaart. Dus moest ze een extra schort aan. Verder: handschoenen, hoofdbedekking en een medisch mondkapje (die een stuk moeilijker ademen).

“Is de kamer al klaar?”, vraagt een andere verpleegkundige tien minuten later. “Bijna”, zegt ze, terwijl ze water over de vloer gooit. Ze weet dat de kamer snel weer nodig is, helemaal op de Spoedeisende Hulp. Maar een coronakamer is niet zomaar schoon. Zelfs over de bedrading van de apparatuur gaat een doekje. Een derde verpleegkundige komt kijken. Ramcharan ziet het niet, ze dweilt met haar rug richting de deur. Bijna klaar. Alles nog snel in de afvalzak, ook haar beschermende kleding. Zak mee naar buiten en deur dicht. Ze zucht even. Weer een kamer gedaan.

>> Lees ook: Coronaschoonmaak in het ziekenhuis: “Als we ons werk goed doen, hoeven we nergens bang voor te zijn”

“We kunnen wel wat bescherming gebruiken”

“Blijft altijd wel spannend”, vertelt ze. “Je weet dat je elke keer toch een haard instapt. Ik ben bang om anderen te besmetten. Ik sla altijd maar even een kruisje. Voor mezelf, maar ook voor de patiënt die er lag en de verpleegkundigen op de vloer. We kunnen allemaal wel wat bescherming gebruiken.”

Het is ook daarom dat sommige schoonmakers van de drie locaties van het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis sinds maart bedankten voor het werk. Het risico was te groot voor ze. Natuurlijk is schoonmaken in het ziekenhuis sowieso anders. Specialistische schoonmakers deden altijd al de ‘gevaarlijke kamers’ met (vermoedens) van het norovirus, VRE, MRSA of BRMO. Maar zo’n specifieke eindreiniging kwam niet heel vaak voor. Tót corona. Nu moest er ineens aan de lopende band worden schoongemaakt. In kamers met een nog onbekend virus. En dat beangstigde.

>> Lees ook: De werkplek van … Neera van den Boom (Hago Zorg)

Van vijf naar twintig procent

“Maar een enkeling vertrok. De rest bleef”, vertelt teamleider Judith Middelberg (35). “En van het huidige team staken er ook nog eens een hele hoop mensen vrijwillig de hand op om dit specialistische werk te gaan doen.” Dat team groeide van 5 naar 20 procent. Vier keer zo groot als normaal. De uren van de werknemers verdrievoudigden. “We zijn er nu altijd, 24 uur per dag.” Dat moest ook wel, want coronakamers waren er ineens aan de lopende band. “We gingen van 5 naar 85 eindreinigingen per dag.”

Een flinke druk. Dat heeft Middelberg wel gemerkt. “Maar het lukt ons. Het werk zelf is niet veranderd. Het is gewoon een ander beestje.” Een beestje dat ineens wel heel erg veel van het team vroeg. Toch kreeg Middelberg het met de club van tweehonderd voor elkaar om al die extra uren op te vangen. “Veel van onze werknemers wilden ook graag meer werken, dus dat was een voordeel.” En was er acuut extra personeel nodig? Dan gooide Middelberg het in de appgroep van haar tweehonderd medewerkers. “Kwam er altijd een reactie. Altijd.” Middelberg is trots. “We doen het maar wel mooi samen. Laatst stonden we met tien tegelijk schoon te maken op één afdeling. Dat is is een prestatie.”

>> Lees ook: Coronaproof cleaning: Is het kantoor nog wel veilig?

Spannend, maar nuttig werk

Sharita Ramcharan is inmiddels op weg naar een kleine container die dient als teststraat voor het ziekenhuispersoneel van deze locatie van het ETZ. Weer dat pak aan. Opnieuw dat lijstje in haar hoofd. Wanden, deuren, alle contactpunten, bedrading, al het meubilair, de kast (binnen en buitenkant) en als laatste de vloer. Kleren uit, zak mee, deur dicht. Klaar. De werkdag zit er op. Vroeger werkte de Tilburgse tien uur in de week in het ziekenhuis. Dat was ruim een jaar geleden. Nu draait ze weekdiensten van veertig uur. En ze is er blij mee. Kon ze haar tweede baan opzeggen. “Het is spannend werk, maar ik voel me wel heel erg nuttig. Ik doe iets terug voor die mensen die zo hard aan het werk zijn hier. Ik draag ook m’n steentje bij en dat voelt goed.”

En zo doet ze dat al sinds maart. Zonder besmetting. “Maar dat komt door de kruisjes natuurlijk.”

Bron: Brabants Dagblad

Lees ook: “Schoonmaak is cruciaal om uit coronacrisis te komen” (Remko Stolk bij BNR)