Nanotechnologie in de schoonmaak: de stand van zaken

Nanotechnologie in de schoonmaak: de stand van zaken

Gebruik van nanotechnologie was jaren geleden een noviteit. Tegenwoordig is het toepassen van deze technologie rondom hygiëne en in de schoonmaakbranche al lang niet meer nieuw. Wel gaat de ontwikkeling onverminderd door. Maar hoe staat het er op dit moment voor? VSR liet een literatuurstudie uitvoeren en zet de feiten anno 2016 voor u op een rij. Een korte impressie. Ga voor de volledige leaflet naar de website van VSR.

Hoewel de aandacht wat is verslapt, gaan de ontwikkelingen op het gebied van nanotechnologie verder. Allerlei vernuftige toepassingen liggen in het verschiet voor nieuwe materialen en de gezondheidszorg. Voor de schoonmaak is dat echter zeer beperkt. Wel verschenen er verschillende semipermanente onderhoudsmiddelen op de markt om oppervlakken easy of self cleaning te maken.

Oppervlakken die zijn behandeld met een nanocoating krijgen populaire benamingen als ‘easy-to-clean’ of ‘zelfreinigend’, omdat vervuiling door de coating er als vanzelf af zou glijden. In beide eigenschappen zit een kern van waarheid, maar de praktijk is genuanceerder.
Grofweg heeft de professionele schoonmaakbranche te maken met drie thema’s:
1. het gebruik van nanodeeltjes in coatings
2. het gebruik van nano in doeken (en schoonmaakhandschoenen)
3. het effect van nanotoepassingen op de gezondheid

Wat is nanocoating?

De meeste coatings bevatten nanodeeltjes van titaniumdioxide (TiO₂), siliciumdioxide (SiO₂) of zilver (Ag). We lichten de werking van titaniumdioxide hier even uit. Nanodeeltjes van titaniumdioxide werken als een katalysator voor de afbraak van organisch vuil dat op een oppervlak belandt. Onder invloed van ultraviolet licht van de zon, ontstaan actieve radicalen (zuurstof- of hydroxylradicalen) op het oppervlak, die het vuil kapot oxideren. Vervolgens is er een regenbui of water nodig om de vuilresten weg te spoelen. De term zelfreinigend gaat dus niet helemaal op, omdat het effect van de coating afhankelijk is van zonlicht en regen.

Gebruik in ziekenhuizen

In ziekenhuizen worden steeds meer nanocoatings toegepast met een antibacteriële werking, bijvoorbeeld op wanden, lichtknoppen en deurklinken. Doel: overdracht van bacteriën bestrijden. Producten die een antibacteriële werking claimen, vallen onder de biocidenwetgeving en moeten zijn goedgekeurd voor het specifieke gebruik. Op het etiket is te zien welke biocide het bevat.
De coatings bevatten vaak nanozilverdeeltjes en soms ook nanotitaniumoxide voor de oxiderende werking. Van zilverionen is bekend dat ze de celdeling van bacteriën remmen. Dit heeft uiteraard alleen effect op bacteriën die zich op het oppervlak bevinden en niet op micro-organismen in de lucht. Bij een vuil oppervlak verliest de coating zijn antibacteriële werking. Nanozilver wordt vanwege de antimicrobiële eigenschappen ook toegepast in wondgaas, textiel of schoonmaakdoeken.

Coatingproducten voor gebruik op keramiek en glas

Daarnaast zijn er coatingproducten met nanosiliciumoxidedeeltjes voor toepassing op glas en keramiek, in bijvoorbeeld badkamers en toiletten. Het vuil hecht door de laag van grillige nanosiliciumdeeltjes minder goed op het oppervlak. Het blijft als het ware op de puntjes van heel kleine oneffenheden in het oppervlak liggen, en is daardoor eenvoudiger te verwijderen.

Easier-to-clean

Hoewel de term ‘zelfreinigend’ dus wat kort door de bocht is, is door het aanbrengen van een nanocoating een oppervlak inderdaad eenvoudiger schoon te maken. Bij een juiste toepassing kan de onderhoudsfrequentie omlaag en zijn agressieve reinigingsmiddelen vaak niet meer nodig.

Het gebruik van nano in antibacteriële doeken

Er zijn antibacteriële schoonmaakdoeken en -handschoenen op de markt, waarin nanozilver is gebruikt. Daarvan is inderdaad bekend dat het een antibacteriële werking heeft. VSR heeft geen onderzoek gedaan naar de werking van nanozilver in doeken. Ook zijn hierover bij de literatuurstudie geen wetenschappelijke publicaties betrokken.

Het uitgebreide onderzoek

In het voorjaar van 2016 voerde wetenschapsjournalist Astrid van de Graaf in opdracht van VSR een literatuurstudie uit naar de stand van het gebruik van nanotechnologie in de professionele schoonmaakbranche. Van de Graaf kreeg tijdens het onderzoek medewerking van dr. Pieter van Broekhuizen, Manager Nanotechnology and Chemical Risks IVAM-UvA en auteur van Nano matters: building blocks for a precautionary approach, 2012; en van Eelco Kuijpers MSc TNO Zeist, onderzoeker en betrokken bij het Nanocentre. Een verslag van het complete onderzoek en een overzicht van de gebruikte bronnen, kunt u opvragen bij VSR.